stage in de grote stad

Nog wat onwennig zat hij samen met zijn stagebegeleider een broodje kaas te eten in het Amsterdamse eetcafé op de hoek, toen plotseling een bejaarde dame om een dokter begon te roepen. Mijn zoon was een week eerder met het vliegtuig op Schiphol geland, want hij zou vier weken stage lopen bij een drietal fotografen in Amsterdam en Utrecht. Vandaag was zijn eerste stagedag.
De bejaarde dame had waarschijnlijk haar maandelijkse lunch-uitje met zeven trouwe jeugdvriendinnen, dispuutgenoten of misschien wel gewoon mede-cursisten van de plaatselijk yoga-, beleggers- of boekenclub. Het waren in ieder geval generatiegenoten en ze zaten aan een grote ovale tafel achter zoon en zijn begeleider. 
Er was geen dokter in het café. 
Eén van de reünie-dames had tijdens het eten van haar traditionele omelet met oude kaas en paddestoelen veel te druk zitten kwebbelen. Dat moet je nooit doen, dat wist ze waarschijnlijk zelf ook wel, maar er was natuurlijk heel veel bij te praten geweest. Schielijk was er een flinke champignon in haar verkeerde keelgat geschoten. Ondank verwoede pogingen tot hoesten, geram op de rug door haar buurvrouw en buikstoten van de stagebegeleider, bleef de paddenstoel muurvast in de luchtpijp zitten en de dame in kwestie begon blauw aan te lopen. In allerijl werd 112 gebeld. 
Tot zoons stomme verbazing kwam nog geen minuut later al een politiewagen met loeiende sirenes aanrijden en weer een minuut later nog één. Terwijl de agenten de dame, die het gevecht met de champignon dreigde te verliezen, onder haar oksels grepen en naar buiten sleurden kwam de ambulance reeds aanloeien. Ze werd op het trottoir gelegd en er arriveerde een brandweerauto. Om haar aan het zicht van nieuwsgierige omstanders te onttrekken werd een wit scherm geplaatst en even later kwamen nóg een politiewagen en nóg een ambulance hysterisch aangieren. De hele straat stond inmiddels vol, het leek wel een rampgebied. Alle mogelijke hulptroepen waren ingezet bij dit paddenstoelengevecht.
Zoon had ondertussen zijn broodje kaas weggewerkt en liep naar de tramhalte aan de overkant van de straat. De resterende dames van het lunch-uitje stonden verslagen op de stoep. Een paar ambulancemedewerkers hielden zich achter het scherm met de ongelukkige bezig en de andere, in allerijl opgepiepte, diensters, brandweerlieden en ziekenbroeders keken een beetje doelloos om zich heen. Na alle hectiek overheerste nu kalmte en even was het stil. 
Toen klonk er een voorzichtig gesnik vanuit het grijze vriendinnengroepje. Al snel kwam er bijval met meer gesnik en niet lang daarna werd er luid en hartverscheurend gehuild. Het gehele achtergebleven damesgezelschap kon zich niet langer beheersen. Gelukkig waren er voor elke overstuur geraakte bejaarde minstens twee hulpverleners aanwezig om troostende woorden en uithuilschouders te bieden. Wat een land!
Vanaf de overvolle tramhalte waar zoon stond te wachten werd het tafereel nieuwsgierig aanschouwd, toen plots een doffe dreun klonk. Alle hoofden draaiden  collectief negentig graden richting de klap en zagen verderop de aankomende tram. Hij stond stil, met zijn neus in een personenauto.
De agenten bedachten zich geen seconde, maakten zich los van de snotterende dames, sprongen met hun natgehuilde schouders in de politieauto en scheurden  begeleid met veel táátúú richting ongeval. Nog voordat de trambestuurder en de automobilist goed en wel beseften wat er gebeurd was, was de politie al uitgerukt.
Hier in ons Zuid-Franse dorpje arriveerden ondertussen de eerste zwaluwen.
Precies een week later moest zoon voor een filmopname in Nieuwegein zijn. Of hij met zijn stagebegeleider was meegereden of de trein en vervolgens de tram had genomen, wist ik helaas niet. Zijn telefoon had hij vanwege de geluidsoverlast discreet uitgezet en hij was dus onbereikbaar. Toen hij eindelijk toe was aan zijn lunchpauze en het apparaat nietsvermoedend weer aanzette, stond deze roodgloeiend. Bezorgde vrienden, opa’s, oma’s, broers en zussen en tachtig oproepen van zijn moeder. Even verderop, in het centrum van Utrecht, was in een tram een schietincident geweest …
Stapvoets maar heelhuids reed zoon met zijn stagebegeleider over de deels afgezette A2 weer terug naar Amsterdam. Ik kon thuis, ver weg in het zuiden, weer een beetje rustig ademhalen en installeerde mij bekaf in een tuinstoel. Het zwaluwmannetje kwetterde zijn heldere, vrolijke zang om het mooiste vrouwtje tot paren te verleiden.
Ook best opwindend.

Reacties