Een gezellig spontaan kerstlichtjestype

We naderen de kortste dag van het jaar. Na een beetje ijspret, prachtige blauwe luchten en berijpte fraaiheid zijn we weer, meer toepasselijk, in grijze, natte, minder koude sferen terecht gekomen. De laatste weken van het jaar zijn zoals gebruikelijk ploeteren. 

De ontstoken vinger was nog nauwelijks gered door de antibioticum toen Corona zijn kans zag de boosterlozen eindelijk eens flink te grazen te nemen. Snijdende hoofdpijn, zweetbaden en intense spierpijnen vooral in de bilpartij, wat liggen en zitten een kwelling maakte, waren mijn deel, terwijl zoon crepeerde in zijn bed met een droge hoest die rechtstreeks uit de hel leek te komen. Toen het ergste voorbij was en alleen nog een ergerlijk kuchje en een hardnekkige levensmoeheid overbleef, was het wachten totdat dat verdomde tweede streepje eindelijk verdween van de thuistest, zodat ik mijn dochter, die uit Frankrijk over was, in mijn armen kon sluiten. Het mocht niet zo zijn, het streepje bleef nog dagenlang op dat schermpje verschijnen. Zij besloot het koppig te trotseren en kwam er gelukkig mee weg.

En nu staan die gruwelijke Feestdagen voor de deur. Met veel familiegedoe, kerstelijk beladen. Het verplichte vrede op aarde bewerkstelligt blijkbaar onbewust een hoop rebellie.

De lange reis naar de Alpen, waar we de feestelijkheden zullen gaan uitvoeren, geeft me een beetje onrust. Dit keer zal ik de rit samen met zoon maken, terwijl de hond ongelukkig op de achterbank zal liggen en onze kat ons gek zal blèren in haar nieuwe reismandje. Autorijden is ook mijn grote hobby nooit geweest en bovendien is nachtblindheid niet ideaal als je je 1200 km moet verplaatsen op de kortste dag van het jaar. Gelukkig heeft zoon sinds een kleine drie maanden ook zijn rijbewijs. 

De ijzeltoestanden van de afgelopen dagen maakten mijn onrust niet veel beter, in zoverre ben ik erg blij met de warmere grijsheid die het buitenleven weer bepaalt en de wegen begaanbaar houdt. Maar voordat we daar zijn, in die auto, op die begaanbare wegen … 

Ploeteren bereikt een ander level in de laatste dagen voor vertrek: werkstress, virus-inhaal-stress, inpakstress, onverwacht-op-het-laatste-moment-stress, heibelstress, mensen-teleurstel-stress en dan doen we gelukkig niet eens cadeautjes. Zoals elk jaar gewoon een envelopje, lekker makkelijk. Toch komt niemand ooit met lege handen, dus ook een klein beetje kleinigheidjesstress. 

De tweede Kerstdag is daarentegen een ongewoon lichtpuntje voor mij dit jaar. Na maanden zal ik mijn oudste zoon, die een reis door Azië heeft gemaakt, eindelijk weer uitgebreid kunnen knuffelen en dochter zal die dag het Kerstdiner maken met assistentie van haar broers. Heerlijk. De eerste Kerstdag, als mijn oudsten er nog niet zijn, doen we dan maar chic in een restaurant. Die blijken in het kleine bergdorp allemaal dicht te zijn op ‘jour de Noël.’ Soep dus.

Als klap op de vuurpijl Oudejaarsavond, het dieptepunt van het jaar. Vechten tegen de slaap, een mottig mengsel van hartige hapjes, gesmolten kaas, oliebollen en veel te veel drank, en na het aftellen tot middernacht altijd janken. Janken om het geploeter van de dag, het geploeter van de afgelopen weken en meteen ook maar het geploeter van het hele afgelopen jaar.

Het grote voordeel van dit eindejaarsgeploeter is het bevrijde gevoel als je alles weer overleefd hebt. Nieuwjaarsdag is heerlijk. Een nieuw begin met nieuw geluk en nieuwe kansen. Helaas ontdek je vaak al weer heel erg snel dat januari ook nog hele korte dagen heeft. En nat en grijs en koud is. 

Een echt gezellig spontaan kerstlichtjestype zal ik wel nooit worden.

Fijne feestdagen!


Reacties